Archeologie: verschil tussen versies
Regel 21: | Regel 21: | ||
* [http://www.awn-archeologie.nl/ AWN] | * [http://www.awn-archeologie.nl/ AWN] | ||
* [http://www.noaa.nl/ Nationale Onderzoeksagenda Archeologie] | * [http://www.noaa.nl/ Nationale Onderzoeksagenda Archeologie] | ||
* [http://www.archeologischdepotutrecht.nl/kroniek/ Archeologische Kronieken Provincie Utrecht] |
Versie van 14 mei 2019 11:26
Onderwerp(en)
Archeologie
Bron van onderstaande tekst: zie hyperlink "Stadsarcheologie" (Archeologie van Amersfoort/De geschiedenis van de stad in vogelvlucht)
Bewoning op het grondgebied van Amersfoort gaat ver terug in de tijd. Niet alleen Amersfoort heeft een rijke bewoningsgeschiedenis, maar ook het omringende land is door de eeuwen heen intensief bewoond geweest.
Het gebied wordt gekenmerkt door hogere zandkoppen in een laag land. Een uitloper van de Utrechtse Heuvelrug steekt vanuit het zuidwesten de lagere en natte Gelderse Vallei in. In de voorlaatste ijstijd (Saaliën, 300.000-100.000 v.Chr.) kwam het landijs totaan deze omgeving en stuwde de bodem voor zich op, waardoor verhogingen zoals de Utrechtse Heuvelrug, in het land ontstonden. Gedurende het daarop volgende (warmere) Eemiën (100.000 - 50.000 v.Chr.) is de gelderse vallei grotendeels onderdeel van de Eemzee. Een dik pakket van klei is hier toen afgezet. Door wind werd tijdens de laatste ijstijd (Weichsel ijstijd, 50.000-12.000 v.Chr. waarbij het ijs onze streken niet bereikte) in deze omgeving het dekzand afgezet: een ware poolwoestijn. Er volgen nog een aantal warme en koude perioden, waarin meer dekzand maar ook veen wordt afgezet. Rond 9.000 v.Chr. (begin van het Holoceen) zet zich een klimaatsverbetering in, en het grondwater stijgt. In de lager gelegen gebieden ontstaan moerasbossen met daartussen de hogere oost-west lopende, beboste dekzandruggen. Verschillende beken doorsnijden het landschap en enkele in het zuiden van het gebied komen samen bij de smalle doorgang tussen de uitloper van de heuvelrug (de 'Amersfoortse Berg') in het zuidwesten, en de dekzandruggen in het oosten. Vanaf daar stromen zij samen verder als de rivier de Eem.